Episode Transcript
[00:00:01] Speaker A: Van harte welkom bij deze Kleesterklank, aflevering 62 inmiddels. Deze podcast van mij, Kleester, verschijnt van tijd tot tijd en nodigt je uit om te midden van je bezigheden ruimte te maken voor verstilling en verdieping. In de Kleesterklank klinken goede woorden en muziek, is er stilte, en de uitnodiging om verbinding te maken met jezelf en met anderen en met God. Fijn dat je luistert. Mijn naam is Saskia Lene. Ik ben betrokken bij mijn kleester als kloosterling buiten de poort en ook als kloosterpredikant.
De titel van deze kleesterklank is Naar Diepwater.
In het evangelieverhaal, dat we straks zullen beluisteren, zegt Jezus tegen een van de vissers die hij ontmoet. Vaar naar diep water. De vis gooit daar zijn netten uit en waar rempel. Hij en zijn maten halen er een overvloed aan vis op. Wat zou dat diepe water voor ons kunnen zijn?
Bij de vieringen In het klooster en in de kerk brandde bij Nijkleester altijd lichten. De paaskaars, het kloostervuur en de kaars van verbinding. En misschien wil jij om te beginnen nu ook een kaars aansteken. Of je laat in gedachten het vuur branden. Wees gegroet.
[00:01:59] Speaker B: Gegroet Jij, Jij die om liefde komt en ligt, gegroet. Gegroet Jij, Jij die om liefde komt.
[00:02:16] Speaker C: En ligt.
[00:02:41] Speaker B: We luisteren naar.
[00:02:49] Speaker A: Een gedicht van Hein Stufkens, moedertaal. En het spannende bij dit gedicht is, wie is die ik eigenlijk?
Stilte is mijn moedertaal. Ik ben in wezen non-verbaal. Toch zing ik soms het hoogste lied. Mijn stem verstoort de stilte niet. Want het geheim van elke toon, dat is de stille onderstroom. Wil je mij nu goed verstaan, trek dan de stoute schoenen aan.
en laat je in de diepte neer tot aan dat grote, stille meer, dat je voorbij de woorden vindt en dat ons met elkaar verbindt. Voorbij de bronnen van de tijd, voorbij de passie en de strijd. Daar zul je sprakeloos gaan staan en dan de stilte binnengaan. Dat is waar je mij ontmoet.
en waar geen woord er meer toe doet.
[00:04:43] Speaker B: MUZIEK Zet Jouw spiegel op m'n kerf en licht M'n neus. Leer Mij aan, zoals ik M'n neus lees.
Zij veruit wie ik zal zijn, ter uw zegel op mensen en leven in mij.
[00:06:06] Speaker A: Het verhaal dat ik nu voorlees staat in het evangelie van Lucas, ergens in het begin. Het is een iets langer verhaal. Ik lees het eerst in het Nederlands en dan nog een klein stukje in het Fries. Toen Jezus eens aan de oever van het meer van Genezaret stond en het volk zich om hem verdrong om naar het woord van God te luisteren, zag hij twee boten aan de oever van het meer liggen. De vissers waren eruit gestapt. Ze waren bezig de netten te spoelen. Hij stapte in een van de boten die van Simon was en vroeg hem een eindje van het land weg te varen. Hij ging zitten en gaf de menigte onderricht vanuit de boot.
Toen hij was opgehouden met spreken, zei hij tegen Simon, vaar naar diep water en gooi jullie netten uit om vis te vangen. Simon antwoordde, meester, de hele nacht hebben we ons ingespannen en niets gevangen, maar als u het zegt zal ik de netten uitwerpen.
En toen ze dat gedaan hadden, zwom er zo'n enorme school vissen in de netten, dat die dreigden te scheuren. Ze gebaarden naar de mannen in de andere boot, dat die hen moesten komen helpen. Nadat deze bij hen waren gekomen, vulden ze de beide boten met zoveel vis, dat ze bijna zonken. Toen Simon Petrus dat zag, viel hij op zijn knieën voor Jezus neer.
en zei, ga weg van mij heer, want ik ben een zondig mens. Hij was verbijsterd, net als alle die bij hem waren, over de enorme hoeveelheid vis die ze gevangen hadden. Zo verging het ook Jacobus en Johannes, de zonen van Sebedeus, die met Simon samenwerkten. Jezus zei tegen Simon, Wees niet bang, voortaan zul je mensen vangen. En nadat ze de boten aan land hadden gebracht, lieten ze alles achter en volgden hem.
Doet er der kler mij wiee, zeiert Sint Simon.
Hold er eens op het djippe oon en breng hier m'n netten uit voor het vangen." Simon antwoordde, Master, de hele nacht hebben wij in het spierwest en neer het vongen, maar als jou het zissen, breng ik de netten uit.
Doet ze dat dien hiene, vongen ze saan zoot visk dat de nette squarden zuver. Doe wonken ze haar mate in een orenboot om te komen en mij oon te pakken. Die kamen en ze laden beide boten saaf vol dat ze sonken om trint.
Er volgt nu een korte stilte en daarna luisteren we naar het lied Niet Verdeeld Maar Samen op een tekst van Ahmed Abu Taleb, een lied dat we sinds begin dit jaar bij de vieringen op woensdagochtend in de kerk van Jorwert zingen.
[00:10:31] Speaker B: Niet verdeeld, maar samen, niet met wapens, maar met worden, niet met half, maar met liefde. Niet verdeeld, maar samen, niet met wapens, maar met worden, niet met half, maar met liefde.
Niet gedeeld met zang, niet verslaan met woorden, niet met haat, maar met liefde. Niet gedeeld met zang, niet verslaan met woorden, niet met haat, maar met liefde.
[00:12:09] Speaker A: Ik wil je nu meenemen in mijn mijmeringen over deze tekst en dat loopt uit op een vraag om zelf over na te denken.
Al te vaak blijven we aan de oppervlakte van ons eigen leven. We rennen van het een naar het ander. We proberen het hoofd boven water te houden en gaan onszelf en anderen voorbij, terwijl we zo verlangen naar betekenis, naar ontmoeting, naar overvloed.
Al te vaak blijven we aan de oppervlakte van ons eigen leven. We houden ons hart vast voor wat er kan gebeuren als we de controle laten varen. We zijn bang om kopje onder te gaan, de diepte in. Bang om overspoeld te worden door verdriet of pijn. We durven de diepte niet aan, terwijl we zo verlangen naar vertrouwen, naar liefde, naar God.
Simon heeft de hele nacht geploeterd zonder ook maar één vis te vangen. Op Jezus' uitnodiging waagt hij het nog eens, nu in diep water. En daar is een overvloed waar hij niet van had durven dromen.
De vraag om zelf eens over te mijmeren.
Jezus zegt tegen Simon en de andere vissers, vaar naar diep water en werp daar je netten uit. Wat is dat diepe water voor jou? Wat is het in jouw leven waar je je netten uit mag werpen?
Er volgt nu een stilte en laat die stilte vooral langer duren als je dat fijn vindt.
Na de stilte klinkt nogmaals het gedicht van Hein Stufkes, maar deze keer gezongen door Lenny Koor.
[00:15:11] Speaker C: Stilte is mijn moedertaal Ik ben in wezen onverbaal Zing ik soms het booste lied Mijn stem verstoort de stilte Want het geheim van elke toon, dat is...
Wil je mij nu goed verstaan Trek dan de stoute schoenen aan En laat je in de diepte neer Tot aan dat grote stilletje dat ons met elkaar verwint.
Voorbij de bronnen van de tijd.
[00:17:24] Speaker B: Dan.
[00:17:24] Speaker C: Zul je sprakeloos gaan staan En dan de stilte binnengaan Daar is het waar je mij ontmoet.
[00:17:58] Speaker B: MUZIEK.
[00:18:37] Speaker A: We maken nu ruimte voor gebed. Met het zingen en bidden van God van Vierenheim, us heid, het onze Vader.
[00:18:54] Speaker B: God van Vierenheim, us heid, dat wij heerlijk benodigd, Onder Uw stad van hond wijk, toon Jouw eigen brengersklammer.
Onder volken Uw wonen, lucht Jouw riet, Jouw bier, Jouw woon, bij Jouw heer, lucht Jouw effect.
Jouw kusje moogt u thuis verplegen, en van jouw God vrij bestienen, staat Hij blijven uw aanheer.
Blijft voor ons die enige nacht. Blijft ons net in winkel nemen. Blijft voor ons die enige nacht. Blijft ons net in winkel nemen. Blijft ons net in winkel nemen. Blijft ons net in winkel nemen. Blijft ons net in winkel nemen. Blijft ons net in winkel nemen. Blijft ons net in winkel nemen. Blijft ons net in winkel nemen. Blijft ons net in winkel nemen. Blijft ons net in winkel nemen. Blijft ons net in winkel nemen. Blijft ons net in winkel nemen. Blijft ons net in winkel nemen. Blijft ons net in winkel nemen. Blijft ons net in winkel nemen. Blijft ons net in winkel nemen. Blijft ons net in winkel nemen. Blijft ons net in winkel nemen. Blijft God van vielen eiligheid. Wunderweit is die zon waar, breut die kreften in het heid, en in al de tiegen aard.
[00:21:00] Speaker A: We sluiten de kleesterklank nu af en dat doen we met een zegen. Waar je ook bent, hoe het ook met je is, hoe je dagen verder ook uit zal zien, wees gezegend met vreugde en vrede. Behoed die in je hart en breng vrede en vreugde overal waar je gaat.
[00:21:35] Speaker B: Tot het uiterste, daar zijn liefde zijn gaat. Ga, tot de heden draaien, tot het uiterste, MUZIEK.
